Reizen met kinderen door het zuiden van Laos

Pakse, Champasak, het Boloven Plateau en het vierduizend eilanden rijk. Het zuiden kan rekenen op een bescheiden maar groeiend aantal toeristen, zeker sinds de Laotiaans-Japanse brug over de Mekong Pakse verbindt met Ubon Ratchatani aan de Thaise kant van de grens.

Als je door het zuiden van Laos reist kun je de stad Pakse bijna niet missen. Alle wegen passeren de stad en bovendien is één van de drie internationale luchthavens van Laos hier gesitueerd. De stad ligt net als alle andere steden van enig belang, in Laos aan de Mekong rivier. De sfeer is er relaxt en het is een prettige plek om een paar dagen te verblijven of de stad als uitvalsbasis te gebruiken voor een bezoek aan het nabijgelegen Wat Phu Champasak.

Deze laatste kan natuurlijk ook bezocht worden vanuit Champasak zelf. Deze voormalige koningsstad is een rivierstadje waar het leven zich grotendeels langs het water afspeelt.

Voor wat afkoeling en kindernachtrust kun je het in het zuiden hogerop zoeken op het Boloven plateau. Op het plateau en de achtergelegen provincies kun je kennismaken met bergvolken die anders dan in Thailand en Vietnam nog nauwelijks bezocht worden door toeristen.

Het ontbreekt Laos aan zee. Voor jullie noodzakelijke portie bounty in je reis kun je hiervoor het beste terecht in het vierduizend eilandenrijk van de meanderende Mekong aan de grens met Cambodja. En wie weet ontmoet je nog een heuse dolfijn, want de bijzondere zoetwaterdolfijn zwemt hier nog in de rivier. Grootste kans op een encounter.heb je aan de Cambodjaanse grens of in het Cambodjaanse deel van de rivier tot aan Kratie.